Gemiddeld haalden de Nederlandse vestigingen een NPS-score van ruim boven de 10 en de Nederlandse tak van Incentro eindigde op de derde plaats in de Great Place to Work competitie. De Spaanse vestiging deed dit jaar ook mee en eindige daar op de zesde plaats. De Turkse vestiging is in haar eerste volle jaar sterk uit de startblokken gekomen en gaat ook meedoen aan deze meting van medewerkergeluk.
“Met deze twee simpele en goed meetbare doelen weet iedere Incentronaut wanneer we de goede dingen aan het doen zijn. Bovendien bieden ze een goed houvast bij het nemen van beslissingen. Omdat Incentro een omgeving is waar veel autonomie en daarmee veel vertrouwen heerst, zijn er weinig regels en is er veel ruimte om zelf te beslissen. Dan is een gezamenlijk gevoel van waar het heen moet extra belangrijk”, legt Adriaan van der Eijk uit. Hij is managing consultant bij Incentro en improvisatietheatermaker.
Het winstpercentage steeg licht naar 18 procent. Van de winst wordt 10 procent direct uitgekeerd aan alle medewerkers. Daarnaast bespreken de eigenaren van Incentro (momenteel is een kwart van het personeel tevens eigenaar van het bedrijf) wat de bestemming van de winst moet zijn. Een groot deel gaat terug de onderneming in, om start-ups zoals de Turkse vestiging en Nederlandse spin-offs van de grond te krijgen.