Technologiebedrijven NTT Ltd en Cisco breiden het Connected Conservations-programma uit. Na Zuid-Afrika zal de technologie ook in Kenia wilde dieren beschermen tegen stropers. De bedrijven gebruiken LoRA WAN-gateways om een groot gebied in de gaten te houden.
Het Connected Conservations-programma gaat wilde dieren beschermen in zes gebieden met een totale oppervlakte van meer dan 810 km2, het leefgebied van 14 procent van alle neushoorns in Kenia.
Dit gebeurt door middel van technologie zoals LoRA WAN-gateways, radiomasten voor de vorming van een ’Reserve Area Network’, sensoren, bewakingscamera’s en een infrastructuur voor zonne-energie. Met deze technologieën worden verdachte of illegale activiteiten opgespoord voordat er iets met de dieren gebeurt.
Het project begon met een pilot in een particulier wildreservaat grenzend aan het Kruger National Park in Zuid-Afrika, en leidde in de eerste twee jaar tot 96 procent minder gestroopte neushoorns. Het project was het geesteskind van Bruce Watson, een van de oprichters van Dimension Data, nu onderdeel van NTT Ltd.
Volgens schattingen wordt er in Afrika elke vijftien uur een neushoorn gedood. Wilde dieren staan aan steeds meer gevaren bloot, omdat rangers op grote schaal worden ontslagen, het aantal patrouilles is verminderd en omdat het toerisme is afgenomen. NTT Ltd. en Cisco verwachten dat het project de rangers kan helpen met extra ‘ogen en oren’ nu zij gedwongen in kleinere teams moeten werken.
Met de technologie kunnen rangers het hele reservaat overzien en snel op verdachte activiteiten reageren. Hierdoor kunnen grote gebieden in de reservaten worden bewaakt en kunnen dieren ongehinderd vrij rondlopen.
Met de online softwaretool Earthranger kunnen rangers alle historische en realtime gegevens verzamelen, integreren en tonen die beschikbaar zijn van een beschermd gebied. Ze kunnen incidenten uit het verleden bekijken en tijdig reageren.
Dit helpt rangers bij het pakken van stropers. Ook kunnen ze omringende gemeenschappen helpen bij gevaarlijke situaties tussen mens en dier, zodat schade of gewonden worden voorkomen.
Informatie over elk beschermd gebied komt terecht in het centrale Joint Operations Centre. Een lokaal Joint Operation Centre in de aangrenzende reservaten legt door middel van een point-to-multipoint-netwerk verbinding met het centrale Joint Operations Centre.