Afgelopen donderdag opende Vertiv in Frankfurt een nieuwe academie: een centrum voor opleiding en bijscholing. Hier deelt de leverancier kennis over datacenter-oplossingen met eigen medewerkers en professionals bij marktpartijen.
Deze academie is een duidelijk bewijs van onze investering in training op topniveau,” zegt Phil Cullerton, Vice President & General Manager EMEA Service bij Vertiv in gesprek met ChannelConnect. De trainingsfaciliteit heeft volgens hem een bredere functie dan enkel kennisoverdracht. “Het gaat om het opbouwen van een sterk ecosysteem waarin bedrijven, leveranciers en klanten nauw samenwerken. De vraag is groot: we hebben voor het hele komende jaar dagelijks trainingen gepland.”
Peter Lambrecht, Vice President Sales EMEA bij Vertiv, plaatst deze ontwikkeling in het bredere kader van veranderende marktdynamiek. Volgens hem speelt het traditionele resellerkanaal slechts een beperkte rol in de fysieke bouw van een datacenter. “De rol van VAR’s begint pas echt in de white space,” zegt hij. “Daar komen infrastructuur en IT samen, zeker nu we op chipniveau zijn gaan koelen.”

Peter Lambrecht
Ook het fysieke ontwerp van datacenters is in beweging. “De white space wordt kleiner, terwijl de grijze ruimte juist toeneemt,” legt Lambrecht uit. “Er is simpelweg meer infrastructuur nodig. We noemen dat densificatie: niet alleen de racks, maar ook stroom- en schakelruimtes worden compacter en krachtiger ingericht.”
Vloeistofkoeling noodzakelijk
De technologische veranderingen gaan snel. “Binnen een paar jaar kunnen we dichtheden zien oplopen tot 1 megawatt per rack,” zegt Lambrecht. “Een datacenter van 10 megawatt past dan in één kamer. Maar je hebt drie keer zoveel ruimte nodig voor ondersteunende systemen.”
Binnen een paar jaar kunnen we dichtheden zien oplopen tot 1 megawatt per rack
Cullerton merkt op dat vloeistofkoeling nu noodzakelijk is geworden. “Door de hitte van moderne chips moeten we direct op de chip koelen. Dat was vroeger niet nodig. Toen kon je het nog met lucht doen.” Lambrecht vult aan: “We deden de eerste vloeistofkoeling al in 1965, voor IBM. Dat was de start van alles.”
Datacenterindustrie zoekt talenten
Lambrecht vergelijkt de onzichtbare kracht van datacenters met het alledaagse gebruik van smartphones: “Als je honderd mensen vraagt wat dit is, zullen ze allemaal zeggen: een smartphone,” zegt hij, terwijl hij een smartphone toont. “Maar als je hen vervolgens vraagt hoe het werkelijk werkt, heeft niemand een idee. In feite is het misschien wel het domste apparaat dat er is.”
Volgens Lambrecht zit de échte intelligentie ergens anders: in de datacenters waar alle rekenkracht vandaan komt. “En als je diezelfde honderd mensen vraagt wat een datacenter is, dan zullen er 98 het niet weten,” stelt hij. Het laat zien hoe fundamenteel datacenters zijn voor onze digitale wereld — en hoe onzichtbaar ze nog altijd zijn voor het grote publiek. De sector kampt met een aanzienlijk tekort aan gekwalificeerde professionals om te voldoen aan de groeiende vraag van de digitale economie.
Ook middelbare scholen
“Niet iedereen hoeft ingenieur te zijn,” benadrukt hij. “We begeleiden ook mensen vanuit de middelbare school met technische opleidingen. Die groeien met ons mee in het vak.”
Datacenters worden vaak nog gezien als anonieme gebouwen. Maar volgens Lambrecht zijn het technische faciliteiten die vergelijkbaar zijn met een hotel. “Net zoals je in een hotel een bed en stroom wilt, willen klanten in een datacenter betrouwbare infrastructuur en energie.”
Modulaire datacenters
Volgens Cullerton verandert de industrie razendsnel. “De focus ligt nu op snelheid en kosten. Vroeger bouwde je een datacenter met bakstenen. Nu zetten we alles op een betonnen plaat en zijn we in maanden klaar.”
De focus ligt nu op snelheid en kosten.
De tijd waarin je zes maanden kon wachten tot je infrastructuur op z’n plek stond is voorbij. “De investering in IT is zo groot, dat je het vanaf dag één moet benutten. Daarom bouwen wij nu modulaire datacenters,” legt hij uit. Ook geografisch veranderen de keuzes. Het gaat al lang niet meer alleen om Frankfurt, Londen, Amsterdam en Parijs. “AI-training hoeft niet in een datacenter Frankfurt. Dat kan ook op de Noordpool. De toepassingen komen later dichter bij de gebruiker.” Lambrecht ziet dezelfde trend. “Vergeet de traditionele hubs. Denk aan Oost-Duitsland, de Nordics, of het Midden-Oosten. De beschikbaarheid van duurzame energie is daarbij ook een belangrijke drijfveer.”
Samenwerking essentieel
Partners zijn en blijven onmisbaar voor Vertiv. “Bij een liquid cooling project hebben we sterke synergiën nodig om oplossingen snel en soepel te implementeren,” zegt Cullerton. “We gebruiken directe, partner- en hybride strategieën, afhankelijk van de regio.”
Lambrecht beaamt dat samenwerking essentieel is. “Operators werken zelden met één partij. Wij zorgen ervoor dat onze infrastructuur naadloos samenwerkt met die van anderen. Training is een kernonderdeel van de strategie geworden.” Er is geen universiteit waar je leert hoe je een datacenter bouwt, zegt Lambrecht. “Daarom moet het bedrijfsleven zelf investeren in opleiding.”
Cullerton: “Om deze uitdaging in zo’n dynamische sector aan te pakken, zijn proactieve maatregelen nodig, zoals vroege ontwikkelingsprogramma’s en voortdurende training voor medewerkers, klanten en partners. We hebben een verantwoordelijkheid naar de sector toe.”
Lambrecht besluit: “IT en infrastructuur komen eindelijk samen. Deze industrie evolueert en partners zijn de sleutel. We hebben iedereen nodig.”