De douane, het ziekenhuis, de universiteit, ze kunnen geen van alle meer zonder AI. Dat geldt straks ook voor de keukendealer die zijn aanbod in 3D in de woning wil projecteren of de garage op de hoek die in feite een automatiseringsbedrijf wordt. Kortom, de opmars van AI is onstuitbaar en onvermijdelijk. Dat alles vraagt om een gigantische hoeveelheid extra rekenkracht. Ondertussen zijn datacenters hard bezig hun CO2-afdruk, die toch al aanzienlijk is, te beperken. Wetgeving dwingt ze ertoe en de overbelasting van het stroomnet is op drukke knooppunten, bijvoorbeeld rond Amsterdam, al een reëel probleem. Hoe gaan we om met de AI-paradox: de opmars van AI en de wens om te vergroenen?
AI to the rescue?
Een deel van de oplossing ligt in de AI zelf, zegt Martijn Aerts, Vice President Secure Power bij Schneider Electric. “Neem ChatGPT als voorbeeld. Daar valt nog heel wat efficiëntie te behalen. Voor een simpele zoekvraag is het uiteindelijk niet nodig het hele internet af te zoeken en tien keer zo veel energie te verbruiken als bij een Google-zoekopdracht.” Maar we moeten vooral continu blijven nadenken hoe we onze datacenters inrichten. “Er zijn veel punten waarop je efficiëntieslagen kunt maken. Het gebruik van hernieuwbare energie, de opstelling van de servers en de gangen, de manier van koelen, het hergebruik van de restwarmte van al die servers… Ook daar kan AI trouwens een rol spelen. Tot voor kort was een gespecialiseerd bureau maanden aan het rekenen om bijvoorbeeld te bepalen wat de meest efficiënte manier van ventileren op een specifieke locatie is. Nu is zo’n berekening binnen vijf minuten gedaan.”
Er zijn veel punten waarop je efficiëntieslagen kunt maken
Speciale clusters
Wil je als datacenter echt voorbereid zijn op het AI-tijdperk, dan zul je speciale clusters moeten inrichten. Martijn Aerts: “De superchips van fabrikanten als Nvidia en AMD zijn platen ter grootte van twee laptops met folie-onderdelen die door de enorme rekenkracht heel warm worden. Hoe meer van die chips je in één rack zet, hoe groter de opgetelde rekenkracht. De energie die voor zo’n rack nodig is, bedraagt wel 60 tot 120 kilowatt, terwijl we uit een tijd komen van 4 kilowatt per rack.” Voor dit soort opstellingen is een eigen datacenter nodig, of op zijn minst een afgesloten gedeelte. “Je hebt aparte stroomtoevoer nodig om dit vermogen te leveren. Doordat de temperatuur hard omhooggaat, kun je bovendien niet met traditionele verhoogde vloeren werken en de koude lucht laten opstijgen, dat is niet meer voldoende. Je moet met water koelen in plaats van met lucht of met een combinatie daarvan.”
Edge AI
Zo’n opstelling vraagt om een flinke investering. De grote hyperscalers als Google en Microsoft zijn hiermee bezig. “De vraag is nu wie naast deze grote spelers ook dit soort opstellingen gaat realiseren. Het vraagt om durf en het vergt een flinke investering. De duurzaamheid die je beoogt, haal je in het begin ook niet, maar op de lange termijn heeft het een enorm effect.”
Met specifieke AI-modellen kun je efficiënter en energiezuiniger werken
Een andere mogelijke methode om dit te realiseren, is wat minder radicaal. “Denk aan een prefab-oplossing: een complete container die je kant en klaar vanaf de vrachtwagen kunt plaatsen. Die is dan qua vermogen beperkter, maar in een regio waar heel veel vraag naar energie is, kan dit juist een slimme oplossing zijn.” Dit sluit aan bij de edge-beweging die we zien, waarbij de rekenkracht zich zo dicht mogelijk bij de eindgebruiker bevindt, waardoor het rekenwerk sneller gaat. Dat is vooral handig bij heel specifieke AI-clusters waar minder rekenkracht maar wel een infrastructuur voor nodig is. Bij de douane heb je geen AI-modellen van de NASA nodig. Met goed getrainde specifieke AI-modellen kun je veel efficiënter en dus energiezuiniger werken.”
Slimme oplossingen
Schneider Electric wil iedereen in staat stellen optimaal gebruik te maken van onze energie- en hulpbronnen. De experts adviseren eigenaren van datacenters over verduurzaming en helpen de strategie om te zetten in concrete actie, waarbij nauw wordt samengewerkt met partners in diverse disciplines. “Europese richtlijnen verplichten ook kleinere datacenters te rapporteren over de maatregelen die ze nemen op het gebied van energie-efficiëntie. Daar komt nu het AI-vraagstuk bij. Hoe ga je dit aanpakken? Begin je met een compleet nieuw datacenter of pas je je bestaande ruimte aan? Naast de inrichting van het datacenter zijn ook andere zaken van belang, bijvoorbeeld recycling van defecte of afgeschreven servers, het inkopen van groene stroom en het opslaan van opgewekte energie in batterijen. Tijdens de Green Data Center Conference op 6 november presenteren we een referentiecase met een van onze klanten, een datacenter aan de rand van Amsterdam, dat duurzaam is ontwikkeld en waar de restwarmte efficiënt wordt gebruikt.”
Ik hoop dat er lokale datacenters zijn die dit op korte termijn aandurven
Voorop blijven lopen
Nederland moet voorop blijven lopen in de kenniseconomie, zegt Aerts. “Dan moeten we wel nieuwe innovaties durven aan te pakken. Ik hoop dat er lokale datacenters zijn die dit op korte termijn aandurven. Vaak zie je dat er één bedrijf of industrie vooroploopt. Als zij iets nieuws gaan lanceren waarbij AI en de bijbehorende rekenkracht essentieel zijn, zullen datacenters in de rij staan om die klant aan boord te krijgen. Dat kan en golf van innovatie op gang brengen en zorgen dat we slimmer omgaan met de AI-paradox.”