De abonneegegevens van Nederlandse telecomaanbieders moeten ook voor telefoon- en nummerinformatiediensten in andere Europese lidstaten beschikbaar zijn. Dit stelt zakelijke rechter College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) in een recente uitspraak.
De zakelijke rechter deed de uitspraak in een zaak van telecomaanbieders Tele2, Ziggo en Vodafone tegen telecomtoezichthouder Autoriteit Consument & Markt (ACM). In haar vonnis stelde het CBb dat Nederlandse telecomaanbieders de bij hen bekende abonneegegevens ook moeten leveren aan telefoongidsen en nummerinformatiediensten uit andere EU-lidstaten. Als abonnees voor vermelding in Nederlandse gidsen en informatiediensten toestemming hebben gegeven, geldt die toestemming ook voor andere landen aldus het CBb.
Geen afzonderlijke toestemming
Uit deze redenering volgt verder, aldus het vonnis, dat telecomaanbieders niet afzonderlijk hun eindgebruikers om toestemming te hoeven vragen. De toestemming die abonnees geven voor opname van zijn gegevens in een telefoongids, geldt ook voor andere EU lidstaten. De telecomaanbieders hoeven voor het verstrekken van informatie over de landsgrenzen hiervoor dus niet opnieuw toestemming te vragen.
Advies Europees Hof van Justitie
Het CBb is tot haar oordeel gekomen na prejudiciële vragen te hebben voorgelegd aan het Europees Ho van Justitie (EHvJ) over de interpretatie van de Europese richtlijn voor de Universele Dienst. In antwoord op deze vragen heeft de Europese rechter nu verduidelijkt dat er binnen de richtlijn geen landsgrenzen meer mogen bestaan binnen de Europese gemeenschappelijke markt voor het verspreiden van gegevens waarvoor in een lidstaat al toestemming is gegeven.